Nog altijd zit de duif in de nestkast. Althans zo lijkt het, maar de waarheid ligt anders: de cambeelden staan gewoon stil. Doet er niets aan af dat de duif er de nacht heeft doorgebracht, maar ondertussen is ze er natuurlijk al lang weg.

Vanmorgen besluit ik nog gauw even te gaan Mortelen voordat me vanmiddag een saai klusje wacht. Ik heb dan mooi de tijd om te overdenken of ik kies voor een geautomatiseerde dan wel handmatige oplossing voor mijn klus. (Soms kost het schrijven van een geautomatiseerde oplossing meer tijd dan het gewoon maar handmatig te doen. Voor zo'n dilemma maak ik graag gebruik van de rust bij de toren om de zaak goed te overdenken).

Wanneer ik de HB-weg insla, vervliegt mijn hoop om eindelijk weer eens een medespotter aan te treffen. Met name voor Piet uit Lieshout heb ik nog een vraagje openstaan. Laatst heb ik een vogel op de foto weten te zetten waarvan ik nog steeds niet zeker weet of het de boompieper al dan niet is. Een printje ligt al weken klaar in mijn auto.

Bij de Loop staan twee kerels met vishengels. Vissen is hier uit den boze. Of het door mijn aanwezigheid komt weet ik niet, maar de mannen lopen weg in de richting van het bruggetje. Ik hoor wat geschreeuw naar kennelijk nog meer trawanten. Eén van de twee loopt even later langs het bospaadje naar zijn auto en vertrekt. Ik hoor nog wat geschreeuw. Het zijn er dus zeker nog twee.

Op de toren zie ik niets. Het is wat heiig. Ondanks het fraaie, zeg maar gerust hete, weer is het dus niet echt mooi om fotootjes te maken. Ik besluit naar de overkant van de Loop te wandelen. Daar zie ik de jachtopziener met zijn hond uit het bos komen.

Wanneer ik bij het bruggetje aankom zie ik de hengelaar staan. Ik zeg hem dat ie lef heeft om te staan vissen tewijl de jachtopziener er rond loopt. Dreigende taal wijst er op dat Jan een nat pak kan krijgen. Ik heb er zo mijn eigen gedachten bij en loop verder. Wanneer Jan er iets over gaat zeggen, dan zal hij niet alleen staan. Ik blijf in de buurt.

Ik maak een praatje met Jan en die roept met zijn heldere stem dingen die hij in dit geval beter niet kan zeggen. Ik gebaar hem dat en knik in de richting van het bruggetje. Kennelijk begrijpt hij me niet. Over de HB-weg rijdt een fietser, hij zwaait, maar ik weet niet of dat onze richting op is of niet. De fietser stopt bij het spottersveldje. Herken ik hem? Niet echt, maar toch komt de gestalte me erg bekend voor. De hengelaars blijken met zijn tweeen te zijn en lopen weg naar hun auto. Nu heeft Jan door wat ik eerder bedoelde. 

Nieuwsgierig geworden naar de man op het veldje, besluit ik naar hem toe te lopen. Ondertussen heb ik een sterk vermoeden wie de fietser is. 

Even later sta ik bij Piet uit Leishout, hij was het dus inderdaad. Piet is met de fiets want zijn autootje is in de reparatie. Ik laat hem mijn printje zien: "boompieper". Verschijnt er een triomfantelijke blik op mijn gelaat? Hoe dan ook, ik ben blij dat ik dat dus goed had. Dan het fotootje van het vreemd gekuifde vogeltje van onlangs. Ik omschrijf het, maar Piet denkt aan een kuifmees. Ik weet zeker dat het geen kuifmeesje was. Ik zoek op mijn toestel om de foto terug te zoeken. "Da's geen kuif, maar een zwartkopje", weet Piet. "Zwartkopje met kuif", verbaas ik me. "Nee, die zetten hun haren wel eens op", zegt Piet. Hij verbeterd zich met een lach: "veren, natuurlijk".

Een auto passeert en een hand wordt opgestoken. "Wiesda?", vraag ik. "Weeknie", antwoord Piet.

Piet weet me wel te vertellen dat er twee valken aan de kant van de onverharde weg zitten. Eén op de lamp, de ander bij het bovenste raampje. Even later rijdt dezelfde auto terug en wordt opnieuw een hand opgestoken. De auto wordt in de berm gezet. "Martien Vink?", begint het me te dagen. Inderdaad die is het.

Hij vertelt dat de straalverbinding op het dak van het Commanderij College er uit ligt. Da's lastig want de scholen zijn gesloten. We buurten wat over allerlei vogelstanden en dan vertelt Martien dat S2 het goed maakt, maar nog steeds aan het ruien is. Ze moet volledig uit de rui zijn voordat ze naar de valkenier kan. Het zeeg maken begint wel binnenkort. Omdat het hele proces nu toch wat vertraagd is zal het wel eind september worden voordat ze vrijgelaten kan worden. Hoe dat zal gaan gebeuren wordt nog overlegd. Wel of niet met een informatie-ochtend erbij, wel of niet "en plein public", dat alles wordt overwogen. Zeker zal de datum vooraf bekend worden gemaakt. Het gaat dus zondermeer goed en het tijdstip van vrijlaten had al in het "hoogseizoen" gekund, maar dan waren de overlevingskansen van S2 miniem geweest. Ook nu is het afwachten wat er zal gebeuren, nu dit stel een hecht koppeltje schijnt te zijn geworden.

Alsof de valk dit moment aangrijpt om zich te laten zien weet ik niet, maar rechts van de toren zweeft een slechtvalk. Heel even duurt de vlucht en dan is de landing weer ergens aan de achterkant. Martien vertrekt weer en Piet en ik speuren de lucht af. Natuurlijk ziet Piet de sperwer in de verte als eerste. Het sperwertje is ver weg en verwijnt als snel uit beeld. Dan horen we wat paniek bij de kraaien in de buurt van de toren. "Kiek daor, nun havik", wijst Piet op een laag vliegende roofvogel vlakbij de toren. De havik verdwijnt over het onverharde weggetje. De kraaien komen tot rust, dus zal de havik vermoedelijk verder zijn gevlogen.

Dan opeens weer de valk. Hij komt eveneens van links (maar dan op hoogte) en kruist voor de toren langs. Een paar fraaie rondjes in de lucht en dan de landing: raampje onder de lamp! Dat is opmerkelijk laag voor een volwassen slechtvalk en dus lopen we die richting op. "In de lucht dacht ik dat het een vrouwtje was, maar nu twijfel ik", zegt Piet. Ik denk ook dat het PA wel zal zijn, maar toch sluiten we ook een derde valk nog niet uit. "Dit is ook geen gangbare plek voor PA", weet ik.

Ik loop een eindje de onverharde weg in en probeer de andere valk(en) te ontdekken. Heel lastig tegen de zon in te kijken en met een haast blauwachtige gloed tegen de toren kan ik de ene valk ontdekken (hoogste raampje onder de ring). Dat moet haast een vrouwtje zijn, de ander zie ik niet, dus is de kans dat de laagzitter toch PA is vrij groot.

Ik loop terug naar Piet die weer teruggegaan is naar het veldje. Zijn spullen durfde hij niet onbewaakt achter te laten. Ik kan dat wel begrijpen. Onderweg terug drink ik ook de laatste druppels uit mijn meegenomen flesje op. Het is dorstig weer. Langer dan goed voor me is, blijf ik nog met Piet keuvelen, die vertelt altijd prachtige verhalen over allerlei vogels die hij dan hier dan daar heeft gezien. Dan merk ik dat mijn tong leerachtig begint aan te voelen. "Ik ga maar weer eens". Het klinkt in koor. We zeggen op hetzelfde moment exact hetzelfde. We moeten er om lachen en vertrekken ieder onze eigen kant op.

Mooiste van 2012

P1350777.jpg
P1360033.jpg
P1360052.jpg
P1360120.jpg
P1360161.jpg
P1360306.jpg
P1360339.jpg
P1360388.jpg
P1360448.jpg
P1360468.jpg
P1360630.jpg
P1360679.jpg
P1360785.jpg
P1360916.jpg
P1360967.jpg
P1360999.jpg
P1370010.jpg
P1370126.jpg
P1370212.jpg
P1370419.jpg
P1370515.jpg
P1370766.jpg
P1370929.jpg
P1380018.jpg
P1380182.jpg
P1380487.jpg
P1380643.jpg
P1390116.jpg
P1390175.jpg
P1390241.jpg
P1390262.jpg
P1390781.jpg
P1390805.jpg
P1390953.jpg
P1400077.jpg
P1400079.jpg
P1400090.jpg
P1400335.jpg
P1400401.jpg
P1400420.jpg
P1400589.jpg
P1410097.jpg
P1410101.jpg
P1410273.jpg
P1410464.jpg
P1410473.jpg
P1410492.jpg
P1410542.jpg
P1410583.jpg
P1410598.jpg
P1410623.jpg
P1410812.jpg
P1410861.jpg
P1420046.jpg
P1420153.jpg
P1420224.jpg
P1420308.jpg
P1420506.jpg
P1420655b.jpg
P1420828.jpg
previous arrow
next arrow