Na een korte nacht is het heerlijk uitslapen. Nou ja, ik ken mensen die uitslapen een iets andere definitie toekennen als dat ik dat doe. Wanneer ik tegen negen uur op sta schaar ik dat tot extreem uitslapen. Zo ver is het net niet gekomen, maar inclusief douchen haal ik die negen uur toch wel vandaag.
Waarom? Wanneer ik een opdracht binnenhaal dan ga ik daar als het even kan meteen mee aan de slag. Ik zit zo in elkaar. Het zit in de aard van het beestje. En dat het dan nachtwerk wordt is daar haast inherent aan. Ik merk dat het nachtelijk werken me meer moeite kost dan voorheen. Toen leek ik haast niet stuk te kunnen, ondertussen is dat dus helaas anders geworden. De tand des tijds... zullen we maar zeggen.
Wanneer ik eindelijk in de auto stap, bedenk ik dat ik geen blikjes, of ander drankspul hebt gehaald. Het zal toch best wel eens warm kunnen gaan worden. Zal ik even bij het pompstation?
Maar ik rij er aan voorbij. De automatische piloot heeft het gezag overgenomen aan boord van mijn auto.
In De Mortel staat een rij auto's maar langzaam vooruit te komen. Hier en daar verraden wat plukjes mensen dat er kennelijk iets door de doorlopende Mortelse straat voortbeweegt. Opeens weet ik het, het is vandaag veteranen sportdag. En vergis je niet mensen, de oude garde, vroeger geheid de KPJ (Katholieke Plattelands Jongeren) vertegenwoordigend, kan het nog altijd. Wat? Keurig marcherend in rijen van vier of vijf, exact gelijk de linkervoet optillend na de rechtervoet op maat neergezet te hebben. De armen zwaaien in een evenzo gelijk tempo op en neer. Vaandeldragers gaan in hetzelfde tempo mee. De dames met zware lange rokken, allen in witte blouse. Zij kunnen ondanks hun gevorderde leeftijden het kunstje van de piramidestand nog altijd ten uitvoer brengen. Het hoort bij de streekcultuur. "Vruuger zat er ginnne inne boer bij het voetballen", zo werd onlangs nog een van hen geciteerd in de krant.
In de verte zie ik hen dan marcheren, vlakbij het sportparkje wordt haaks naar links afgebogen. Het tempo blijft er exact zo in, de draai is honderd procent haaks, de armen zwaaien mee.
Ik neem het oponthoud met een glimlach.
Op het spottersveldje word ik door de twee aanwezige spotters begroet met een "we hadden het net over je". Gerrit zegt de woorden, maar Piet neemt meteen over: "Ja, we zeiden net dat we Kuiko ook niet veel meer zien". Even moet ik schakelen. Ben ik verantwoording schuldig?
"Ik heb het gelukkig weer druk gekregen, mijn crisis lijkt voorbij", verweer ik mezelf. Voor Piet is dat kennelijk niet voldoende: "je moet ook ontspannen, ge kunt niet altijd werken". Zijn antwoord ergert me: "ik ben heel goed in staat om mijn tijd zelf in te delen", antwoord ik wat bits.
De valken hebben volgens de overlevering vanmorgen nog geen ontbijt gehad en dat geeft de burger moed. We kunnen dus nog wel het een en ander verwachten, zo hopen we.
De jonge valken wippen moeiteloos op en van het rooster. Rennen net als vrijdag over de betonnen rand en klapperen gewichtig met hun vleugels alsof ze de laatste voorbereidingen treffen voor een lange vlucht. Maar met die lange vluchten valt het voorlopig nog wel mee. Toch zijn we er tot ons groot plezier getuige van dat minstens twee jonkies even het luchtruim kiezen. Een landing op de vierde ring (vrijwel op de linkerhoek van die ring) zien we voor onze ogen gebeuren, de andere valk lijkt op de derde ring te landen, maar is buiten beeld neergestreken.
Wetende dat een van de ouders onderweg is, tellen we met regelmaat vijf valken in beeld. Gelukkig lijkt dit stel wat minder hun toevlucht tot het dak te zoeken dan het stel van vorig jaar. Die hebben zowat hun hele jeugd buiten ons zicht gesleten.
Af een toe horen we waarschuwend gekrijs vanaf de toren. Het is het geluid wanneer mensen op de toren staan, wat nu zeker niet het geval is. Telkens speuren we de blauwe lucht af wanneer er gekrijsd wordt. Eenmaal komt een erg grote buizerd erg dicht in de buurt van de toren. Piet oppert dat het misschien wel de visarend is, die gisteren ook gezien is. Gerrit, die altijd heel gereserveerd is om zomaar dingen te roepen, beaamt dat het ook even in hem opkwam. Zo lang daar echter niet een bevestiging van te maken is, houden we het toch maar op een grote buizerd. Ook grote meeuwen vliegen even boven de toren. Mogelijk zijn het zilvermeeuwen, maar ook hiervan geen bevestiging.
Op het veldje wordt het drukker, ook de andere Gerrit komt even vanuit Eersel op en neer gereden op zijn nostalgische Kreidler. Er komen mensen wel en mensen niet voor de slechtvalken op het veldje. Wie voor de valken komt blijft langer, wie niet voor de valken komt, blijft maar even.
Wanneer de zon af en toe door wolken bedekt wordt, scheelt dat aanzienlijk in de gevoelstemperatuur. Gelukkig komt ze telkens weer terug. De valken houden ons prettig bezig, maar de verwachtte prooiaanvoer blijft uit. De jonkies worden door het schoonvliegen van VM en VV uitgedaagd om ook het luchtruim te kiezen. Volgende week, dan zullen ze zich steeds meer in de lucht gaan begeven.....