di 2 juni, 19:15u - 20:00u
Een oud Fordje uit 1929 rijdt voor me. "Te Koop" staat er op de ruiten geplakt. Ik ken dit autootje, het is van de vader van een goede vriend. Het nostalgische karretje puft nog altijd trots op de weg. "Maar met een lonkende knipoog naar elk pompstation", zo wist mijn maatje me ooit te vertellen.
Natuurlijk ben ik onderweg naar De Mortel. Helaas met de wetenschap dat de zon nu pal boven en achter de toren zal staan. "Het zal speuren worden om de valken te zien", zo weet ik al wel. Op het veldje zit Martien, een naamgenoot en ondanks een andere schrijfwijze toch ver familie. Maar dan van moeders kant. Martien weet me te vertellen dat er een valk op de lamp zit. Een automatisme neemt dan aan dat het gaat om een lamp onder de ring. Ik zoek maar ik zie niks. Dan kijk ik wat verder omhoog en zie ik dat de valk weliswaar op een lamp zit, maar dat is de lamp naast de antenne. Pa?
Drie reigers fladderen over de Loop. "Drie is teveel", is de titel van een toneelstuk van Johannes Blazer waarin ik ooit een glansrol vervulde. Het is geen gevecht tussen de drie reigers, maar duidelijk dreigende taal. In de boom zit het geelgorsje weer zijn of haar deuntje te blazen. Mieke weet te vertellen dat er in een complete ronde om de toren geen valk te zien is. We wijzen haar op de valk op de lamp naast de antenne. Omdat de zon ongunstig staat besluit ik naar de overzijde van de Snelle Loop te wandelen, wanneer Piet en Dorine arriveren. Ik vertel hen gauw wat mijn plan is en ik loop aan.
Aan de andere kant van de Loop zie ik op de hoek van de betonnen rand (onzichtbaar vanaf het spottersveldje) een juvi zitten. Ik vraag me af waar de andere zitten en speur nog eens goed de toren af. "Aha, valk op de nieuwe stellage", zie ik ineens. Het nieuwe van de stellage is er wel wat af, maar het gaat om de stellage met de schotels die er nog niet zo lang geleden tegenaan gemonteerd zijn. Vanaf het spottersveldje gezien links op de derde ring van onderen. Een gokje op S2, maar ik durf er geen koetjesreep onder te verwedden. (Bestaan die eigenlijk nog wel?)
Ik keer terug naar het spottersveldje en probeer grappig te zijn: "hoeveel valken tellen jullie?" Wetende dat de valk op de stellage maar moeilijk te zien zal zijn vanaf deze plek. Ik wijs de valk aan en Piet zoekt nog wat verder naar de jonkies die misschien wel ergens verborgen op de betonnen rand zullen zitten. Dan wijst Piet me er op dat ik ook niet goed gekeken heb. Hier stop ik mijn verhaal omdat ik niet het gras voor de voeten van de primeurhouder weg wil maaien. Niet dat het sensationeel is hoor. Maar toch altijd wel bijzonder. Hoge nood dwingt me bovendien om koers naar huis te zetten, veel eerder dan bedoeld, maar wel noodzaak. (....later vul ik mijn fotootjes nog aan.....)
Omdat Dorine zo slim was om het haar zoon Menno al te laten melden, hier dus voor de compleetheid het primeurtje: er zit al een juvie op de onderste ring. Mooi aan het zicht onttrokken door de paaltjes tussen de balustrade. Maar door Piet knap gevonden...