Het gaat nog niet geweldig, maar ik kan er vandaag voor het eerst weer eens uit! Het bezoekje aan, hoe kan het ook anders: De Mortel, zal kort zijn en het verhaaltje zal ook kort moeten omdat zitten nog steeds geen pretje is.
Een beetje gespannen voor het autoritje stap ik in. Het valt mee.
Acht minuten later weet ik niet wat me overkomt: wat zie ik daar in de verte? Stapels gekapt hout in de berm bij het veldje? Zou er onderhoud gepleegd zijn in het nu door mensen onbewoonde stuk bos?
Een paar seconden later zakt mijn mond van verbazing open... wat is dit nu? Het voederboompje is gekapt. Kwaadheid, verdriet, ongeloof. Het maakt allemaal deel uit van de emoties die nu losweken. Wat een straaltje van geluk had moeten worden, is er nu een van diepe triestheid.
Na een paar minuten probeer ik mezelf op te pakken. Een hoog voorbijvliegende meeuw helpt me daarbij. Zeker omdat deze opgevolgd wordt door een andere stip in de lucht. De schim van een ankertje verschijnt: en dat is onlosmakelijk verbonden aan het silhouet van .... een slechtvalk. En daar ook de ander. Snel probeer ik te bekijken of er een vijandelijke dan wel een vriendelijke benadering is. Dat wordt snel duidelijk: dit is het koppeltje PA en zijn vriendin.
De eerste valk zet aan naar het rooster, de ander landt op de grote antenne. De blijdschap van dit schouwspel maakt snel weer plaats voor het ongeloof van de aanblik op het spottersveldje. Onder het bankje ligt een dikke tak met daaraan nog het voederplankje. Iemand heeft dit dus al gezien en heeft het plankje proberen te redden. Het zal Piet of Mieke zijn geweest.
De wond doet pijn. Ik ga naar huis....