zo 29 juni 2008, ochtend
Visserslatijn
Wat is dat nou weer voor een titel? Het is een apart verhaal dat begon met een eerste waarneming die een maandje of zo geleden begon. Zoals Gerrit112 wel eens aangeeft, is het niet altijd verstandig om alles wat je ziet meteen te vertellen. Na een tweede waarneming veertien dagen geleden en de derde en vierde keer vandaag is het misschien tijd om het openbaar te maken. Ik giet het maar in de vorm van een sprookje zodat de lezer voor zichzelf mag bepalen of het de waarheid is of niet.
Het verhaal van vandaag. Ik ben uiteraard benieuwd wat er met de prooi van gisteren is gebeurd. Nadat ik eerst de valken even volg die rondcirkelen wanneer ik mijn auto verlaat, kruipt het bloed waar het niet gaan kan en dus wordt de gang naar de toren gemaakt. De duif is verdwenen en een spoor van gevederte laat weinig aan de fantasie over wat het lot van de dode duif is geworden. Zo ver zal het de lezer duidelijk zijn dat hier weinig onwaars aan zal zijn. Dan begint het sprookje...
Er was eens een riviertje dat de Snelle Loop heette. Het riviertje kronkelde door een bebost land dat zich verder ook kenmerkte met uitgestrekte heidevelden. In en om het riviertje leefden allerlei volkjes. Het vogelvolkje bestond uit vele rassen. Aan het hoofd van de kleine vogels heerste koning IJsvogel. Dit vogeltje was zo knap en had zo'n prachtige vedertooi dat heel het land genoot van dit kleine koninkje.
Uit het nabijgelegen mensendorp Gemert kwam regelmatig een fotojager langs. Die fotojager deed niemand kwaad maar probeerde telkens weer plaatjes te maken van alle volkjes van de Snelle Loop. Eens op een dag een mensenmaand geleden liep de fotojager weer eens langs de Snelle Loop op zoek naar koning IJsvogel. In de Snelle Loop kwaakte de familie Eend en ook de bewoners van Kikkerland plonsten regelmatig in het ondiepe water van de Snelle Loop. Een waterhoentje trok de aandacht van de fotojager en opeens zag de fotojager iets vreemds in het water. Een hele grote oranje vis zwom iets onder het wateroppervlak in de Snelle Loop. Het hoedje van de fotojager sprong bijna van zijn hoofd bij het zien van deze enorme oranje vis. De fotojager zette snel een paar passen opzij om te proberen deze Waterlander op de plaat te zetten. Maar juist door deze beweging verdween de grote oranje vis. Hoe goed de fotojager ook keek, de vis was weg.
Er verstreken een paar weken en de fotojager die niemand iets verteld had liep opnieuw langs de Snelle Loop. Ditmaal maakte hij plaatjes van een Grote Bonte Specht die kwam drinken in de Snelle Loop. Toen de specht weer opvloog, wandelde de fotojager een stukje verder langs het land van koning IJsvogel. De koning was zelf niet thuis, maar opeens was er weer de grote oranje vis. "Wie ben jij eigenlijk", vroeg de fotojager aan de vis. "Ik ben Grote Koi-karper", antwoordde de vis, "en ik ben hier komen wonen, al hoor ik hier eigenlijk niet". De fotojager maakte plaatjes maar opeens begon de Grote Koi-karper te huilen en smeekte de fotojager om niemand te vertellen over zijn aanwezigheid. "Waarom niet?", vroeg de fotojager en bedroefd antwoordde de oranje vis: "dan komt de boze brutale visserman me vast vangen en ik ben hier zo vrij dat ik nooit meer weg wil". De fotojager beloofde dit, maar verbond er één voorwaarde aan. Pas wanneer meer mensen de oranje vis zouden zien en er over zouden vertellen dan zou de fotojager opnieuw proberen om plaatjes te maken van de oranje vis. Zo geschiedde en de Grote Koi Karper leefde nog lang en gelukkig in de Snelle Loop.
Maar dan op een keer vertelde een man met een grote hond over de aanwezigheid van de oranje vis. De fotojager knikte, hij kende het verhaal maar al te goed. Nu was de belofte aan de vis dus voorbij en voortaan zou de fotojager proberen om de vis opnieuw op de gevoelige plaat te vangen.
Op een dag ging de fotojager opnieuw op pad. Al de tijd ervoor had hij de grote oranje vis niet meer gezien en bijna was hij het verhaal van de vis vergeten. Maar toen de fotojager weer eens op jacht ging om koning IJsvogel weer bij zijn waterland te gaan ontmoeten, was de jager een beetje onvoorzichtig. Met wat meer kabaal dan anders kondigde de fotojager zijn komst aan. Koning IJsvogel die op dat moment op de grote brugtroon van zijn waterrijk zat, schrok enorm en maakte zich uit de voeten. Heel in de verte ging de koning nu op een takkentroon zitten en de fotojager schoot zijn plaatje. Maar opeens zag de fotojager iets anders: de grote oranje vis was opnieuw in de Snelle Loop aan het zwemmen en ook ditmaal schoot de fotojager zijn plaatjes. Fotojager liep na een poosje weer verder, nu om het insectenrijk te bezoeken. De fee Libelle rustte even uit op een blad dat boven de Snelle Loop uitstak. Daar werd zij meteen door fotojager op de plaat vastgelegd.
Dan gaat de grote poort naar het waterrijk met een klap dicht. Een oud vrouwtje klom over het bruggetje en vertelde de fotojager over de grote oranje vis. Dit was het moment voor de fotojager om heel de wereld over de grote oranje vis te vertellen. Maar dan moest Grote Koi-karper zich nog éénmaal laten zien. De fotojager zocht en keek en tuurde maar hij zag niks. Dan opeens beweegt er een stengel in het water en de aandacht van de fotojager verplaatst zich onmiddellijk naar wat luchtbelletjes er vlakbij. Daar is hij: de grote oranje vis. Knipperdeknip.
Of de grote oranje vis nog lang en gelukkig zal blijven leven, dat moet nog blijken. Laten we hopen dat de brutale visserman de weg nooit zal vinden.
Terug naar de valken. De valken besluiten vandaag uitstapjes te gaan maken. Het is een komen en gaan. Af en toe met luide aankondiging en dan weer geruisloos. Korststondig tikkertjespelen wordt afgewisseld met lui achteroverhangen op antenne, lampen, gsm-antenne en ringen. Ook wordt het rooster en het nesthok bezocht. Dan opeens maakt een van de valken haast. Als een raket verdwijnt hij in zuidelijke richting. Opeens wordt me duidelijk wat zijn doel is: een trosje (ik blijf het zeggen) duiven wordt verrast door de felle aanval -van onderen-. De valk zet zijn aanval van onderen in om vlak achter de duiven pas hoogte te maken. "D'r op en d'r over", is een bekende wielerterm. De duiventros splijt uit elkaar. Dan ben ik het goede groepje kwijt. Ze zijn achter de bomen (richting De Mortel) verdwenen. Een jump op de picknicktafel zet ik te laat in. Ze zijn weg. Toch wordt er een poosje later een prooi rechts op de derde ring gedumpt. Ik ben te laat om het vast te leggen.
Dan dringt het tot me door dat ik vanmorgen iets vergeten ben: mijn tong voelt droog aan, het wordt warmer en warmer. Ik heb dorst en niks te drinken. Stom, maar ik ben vergeten om een flesje water mee te nemen. Naar huus dan maar...
Wat foto's van vandaag:
Een filmpje van wat fragmentjes tussen 11:01u en 11:04u...