Vandaag is mijn laatste vrije dag. Een vakantiegevoel is mede door het weer volkomen uitgebleven. De spaarzame bezoekjes aan de toren leverden maar weinig voldoening. Maar vandaag is daar toch dat zonnetje. Het staat laag, schijnt fel in de ogen, maar het maakt de wereld er zoveel vrolijker op. En dat zonlicht kan ik nu, misschien meer dan ooit, goed gebruiken.
Koud is het nog wel. Nauwelijks een paar minuten op het spottersveldje verblijvend merk ik dat al aan mijn vingers. Handschoenen heb ik niet bij me, dus als de kou te overheersend wordt zal ik noodgedwongen naar huis moeten.
De valk zit ditmaal op de linkerlamp. Ik probeer de valk te herkennen, maar dat lukt me niet. Het nieuwe koppel lijkt teveel op elkaar. Zonder het beste gereedschap zal het veel gokken worden.
Ik probeer de ander ook te ontdekken, maar aan de zijden die ik vanaf het veldje kan overzien is er geen tweede te vinden. De bakjes met voer worden flink bezocht door het kleine spul. Dan valt me meteen ook het voordeel van dit felle zonnetje op: ik kan de vogeltjes veel verder in het bos volgen. Zo lukt het me bijvoorbeeld om een boomklevertje te volgen dat eerst wat voer oppikt uit het bakje en het vervolgens in wat holtes in een boompje verstopt.
Dan hoor ik de aankomstgroet. Inderdaad zie ik de tweede valk rondjes draaien om de toren. Wanneer ik het knopje op filmen wil draaien landt de valk op de lamp op de rand van het dak van de toren. Na een paar minuten hoor ik een wat klagelijk aandoend langgerekt geluid dat een van de valken voortbrengt. Ik probeer door mijn kijker te volgen welke van de twee dit geluid maakt, maar dan is het alweer stil. Een minuutje later herhaalt zich dit.
Terwijl ik de bovenste valk door mijn kijker bekijk, vliegt de ander juist weg. Ik zie nog net hoe deze rechts aan de blinde zijde verdwijnt. Gaat daar vermoedelijk op de lamp zitten. Wanneer ik vervolgens de ander weer zoek, blijkt deze ondertussen ook foetsie. Ik scan de hemelsblauwe lucht, maar ontdek niets anders dan een vlucht met ganzen. Die zetten in fraaie V-vorm recht op mij aan, om vervolgens over mij heen, rechts over de toren heen in de richting van het westen te verdwijnen. Even later is er een tweede groep die links van me in dezelfde richting vliegt.
Niet erg ver uit de buurt hoor ik allerei sirenes. Uit diverse richtingen naderen hulpvoertuigen, ik weet niet of het politie, brandweer en/of ziekenwagens zijn, maar het geluid is behoorlijk indringend. "Daar heeft ook iemand een slecht begin van 2013", bedenk ik me. Twee ruiters passeren me. Rustig sjokken de twee paarden aan me voorbij.
Na een poosje hoor ik de valk weer roepen. Ik zoek in de lucht en zie de valk inderdaad dichterbij komen. De landing is op de hoge antenne. Dat bevalt me wel, want wellicht wordt vandaar een jacht ingezet. Opeens is de valk verdwenen. In de richting van de zon vliegt wel iets, maar het licht is te fel om dat te kunnen volgen.
Wanneer ik opnieuw een valkengeluid hoor, zie ik deze op het rooster zitten. Waar de valk vandaan komt weet ik niet. Het wordt geen lange zit. De valk vliegt na een paar tellen alweer op om even later op de GSM-antenne te landen. Dan merk ik dat mijn voeten koud worden.
Veel zin om nog langer te blijven heb ik niet meer. Wanneer ik een paar tellen later in mijn auto stap, schieten een paar tenen in de kramp. Ik strek mijn voet en voel de kramp langzaam wegtrekken. Ik ben toch nog iets te lang blijven staan.
Ik keer mijn auto en vertrek. Ietsje voor de kom van De Mortel komt een bekend autootje me tegemoet. Pas wanneer ik langs het autootje ben zie ik dat het inderdaad Piet uit Lieshout is. Zal ik nog even omdraaien om hem in elk geval de beste wensen over te brengen? Maar dan herinner ik me de kramp in mijn tenen weer en besluit ik geen risico's op een herhaling meer te nemen.